...

Overzicht minimumtarieven 2020 voor externe diensten

Op 1 januari 2016 trad de nieuwe tariveringsregelgeving van externe diensten voor preventie en bescherming op het werk in werking. Met deze nieuwe regeling wou de wetgever het verouderde financieringssysteem van externe diensten actualiseren.

Voor elke werknemer betaalt u dezelfde minimumbijdrage, ongeacht of hij onderworpen is aan gezondheidstoezicht of niet.

Door het hanteren van 5 tariefgroepen is die minimumbijdrage niet hetzelfde voor elk bedrijf. Bij het bepalen van het bedrag per organisatie houdt de wetgever rekening met de volgende criteria:

  •  de hoofdactiviteit van de organisatie (via de NACE-code)
  •  het aantal werknemers van de organisatie

Voor elke werknemer betaalt u een minimale forfaitaire bijdrage als uw werknemer voor een volledig kalenderjaar is ingeschreven via Dimona.

Voor werknemers die geen volledig kalenderjaar geregistreerd zijn, betaalt u voor elke geregistreerde maand 1/12e van de forfaitaire bijdrage. U betaalt toch het volledig jaartarief als uw externe dienst aan een medewerker al een individuele dienst verleende.

Overzicht minimumtarieven 2020

De minimumtarieven van de externe diensten zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. Zij worden elk jaar op 1 januari aangepast aan de spilindex voor het volledige lopende jaar. Aangezien de spilindex in 2019 niet overschreden is, blijven de minimumtarieven voor 2020 ongewijzigd ten opzichte van 2019:

De voorbije jaren leek een grondige herziening van deze tariefregeling op de agenda te komen. Zo was er bijvoorbeeld het advies 215 van de Hoge Raad PBW uit 2018.

Ook in 2019 bleek een grondige herziening niet haalbaar, en dus zal deze herziening (op voorwaarde dat er een nieuwe federale regering komt, en het kabinet een nieuw KB opstelt en gevalideerd krijgt) ten vroegste op 1 januari 2021 in beeld komen.

 

Gepubliceerd op 15 januari 2020.

Wat u moet weten over het invullen van een jaarverslag van de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk

Volgens art. II.1-6, $1, 2°, b van de codex over het welzijn op het werk is de interne dienst voor preventie en bescherming op het werk wettelijk verplicht om een jaarverslag op te maken van de activiteiten van het voorbije werkjaar. Met dat verslag krijgt de werkgever en het comité voor preventie en bescherming op het werk een goed overzicht van de werking van de preventiedienst.

De Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk (AD TWW) stelt hiervoor modelformulieren (inclusief toelichting) ter beschikking op de website van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg: Jaarverslag van de Interne dienst voor preventie en bescherming op het werk – dienstjaar 2019. Deze formulieren kunt u downloaden, elektronisch invullen en intern bewaren.

Er bestaan drie formulieren voor het opmaken van het jaarverslag:

• Het formulier A is bestemd voor een werkgever met een interne dienst voor preventie en bescherming op het werk zonder afdelingen.
• Het formulier B is bestemd voor een werkgever met een interne dienst voor preventie en bescherming op het werk met afdelingen.
• Het formulier C is bestemd voor een groep van werkgevers die gemeenschappelijk een dienst voor preventie en bescherming op het werk organiseren.

Een verklarende nota geeft een toelichting over de verschillende rubrieken van de versies A, B en C van het formulier. In de nota wordt telkens duidelijk aangegeven voor welk formulier de toelichting bestemd is. Wij raden u aan om die nota af te drukken om de formulieren correct te kunnen invullen.

In functie van de samenstelling van de organisatie en de bijhorende preventiedienst moet u een ander model gebruiken, maar dit staat uitvoerig uitgelegd in de verklarende nota.

De preventiedienst kan ook nog bijkomende informatie over haar werking ter beschikking stellen van de werkgever en het comité, maar dit moet wel vooraf vastgelegd worden in het huishoudelijk reglement over de werking van het comité.

U moet het jaarverslag niet meer worden verzenden naar de ambtenaren van de AD TWW. Het document moet wel beschikbaar blijven voor hen. U moet het verslag ook presenteren aan het comité voor preventie en bescherming op het werk voor de comitévergadering van februari.

 

Gepubliceerd op 15 januari 2020.

Inni Publishers feliciteert Dirk Gyzels (Inovyn), Preventieadviseur van het jaar 2019

“Veiligheid op de werkvloer moet tussen de oren zitten, gebaseerd op ‘ik wil’ in plaats van ‘ik moet’. Niets is immers zo belangrijk dat we het niet veilig kunnen doen.”

Eind september 2019 werd Dirk Gyzels, Hoofd van de Preventiedienst bij Inovyn in de Antwerpse haven, verkozen tot Preventieadviseur van het Jaar. Met deze jaarlijkse prijs onderstreept technologiefederatie Agoria het belang van een preventief en doeltreffend veiligheidsbeleid in de industrie.

Bij de prijsuitreiking loofde Agoria Dirk Gyzels vooral voor zijn sterk uitgewerkt preventiebeleid dat sterk inzet op de veiligheid van zowel eigen medewerkers als werknemers van contractoren, de installateurs en technici van onderhouds- en servicebedrijven.

Bij de start van het nieuwe jaar feliciteert INNI Publishers Dirk Gyzels van harte met deze award. De basisprincipes en creatieve ideeën van het veiligheidsbeleid binnen Inovyn blijven ook in 2020 inspirerend voor vele preventieadviseurs in diverse sectoren. Wat zijn de krachtlijnen van het veiligheidsbeleid bij Inovyn?

  • Inovyn besteedt veel aandacht aan de twintig principes van arbeidsveiligheid en procesveiligheid en de zeven Life Saving Rules. Deze bedrijfsregels moeten door iedereen op het terrein gerespecteerd worden. Voorbeelden van principes in arbeidsveiligheid zijn o.a. ieders verantwoordelijkheid om veilig te werken, het toepassen van de STOP-reflex bij onveilige situaties, het observeren en naleven van regels en procedures, het melden en onderzoeken van alle (bijna-)ongevallen en incidenten en het promoten en uitdragen van de veiligheidsprincipes door de leidinggevenden.
  • De samenwerking met contractorfirma’s vereist een optimale voorbereiding. Deze start met een intensieve screening, om na te gaan of de betrokken contractorfirma geschikt is om te werken binnen Inovyn. Bij de start van de samenwerking ontvangt de contractorfirma een uitgebreide documentatieset waarin de veiligheids- en milieuregels voor aannemers worden uitgelegd. Deze documentatieset maakt deel uit van het samenwerkingscontract. Daarna volgen een veiligheidsintroductie en een evaluatie van de kwaliteits- en veiligheidsprestaties, waarin mogelijke verbeterpunten worden besproken (en nadien opgevolgd) met het management van de contractorfirma.
  • Dirk Gyzels besteedt samen met zijn team veel aandacht aan gezamenlijke veiligheidsrondgangen en observaties naar gevaarlijke handelingen van eigen medewerkers en contractoren op de site. Dit is zeer leerrijk voor alle betrokken partijen en levert heel wat interessante informatie op.
  • Enkele concrete voorbeelden van verbeteringsprogramma’s qua veiligheid zijn o.a. de uitwerking van een zeer specifieke procedure voor het werken aan leidingen of toestellen met corrosieve producten, de introductie van driewielers met gereedschapsbak (in de strijd tegen fietsongevallen op het bedrijfsterrein) en een intensieve opleiding en duidelijke instructies in het kader van veranderingstrajecten.

Tot slot: Dirk Gyzels en zijn team willen veiligheid integreren in de mindset van hun werknemers. Op die manier zit veiligheid echt tussen de oren en wordt dit een verworven waarde voor elke werknemer. De prioriteit naar veiligheid wordt dan beleefd vanuit een eigen overtuiging, gebaseerd op ‘ik wil’ i.p.v. ‘ik moet’.

 

Gepubliceerd op 14 januari 2020.

Inspecties Toezicht Welzijn op het werk – 2020

Welke campagnes plant het Toezicht op het Welzijn op het Werk in 2020?

Het Toezicht op het Welzijn op het Werk hergroepeert de voormalige Technische en Medische inspectie. Ze heeft als opdracht om de naleving van het beleid in welzijn op het werk te waarborgen, zowel in de privé- als in de openbare sector. Haar taken zijn zowel adviserend, preventief als repressief van aard.

Bij elk bezoek controleert een inspecteur het werkgeversbeleid op het vlak van welzijn. Voor elk domein van de welzijnswet overloopt hij samen met de werkgever de aanpak, en wordt er nadien gefocust op het thema dat voor de sector gekozen werd.

Hierbij gaat extra aandacht naar:

• het verifiëren of een werkgever zich voldoende organiseert om de risico’s van zijn werknemers te beheersen, inclusief het raadplegen van experts;
• het aanmoedigen van werknemers en hun vertegenwoordigers om te participeren in de realisatie van veilige en gezonde werkplaatsen.

Bent u als werkgever niet in orde met de wettelijke spelregels? Dan riskeert u een sanctie die kan variëren van een mondeling of schriftelijk advies tot een waarschuwing en zelfs het stopzetten van de activiteit bij ernstige tekortkomingen.

Welke campagnes zijn voorzien in 2020?

Het Toezicht op het Welzijn op het Werk plant de volgende campagnes:

Regionaal

• Antwerpen: Logistiek; thema Gevaarlijke producten
• Brussel: Thuislevering; thema Ergonomie
• Henegouwen: Textielindustrie; thema Veiligheid
• Limburg & Vlaams-Brabant: Beenhouwerijen; thema Veiligheid
• Luik: Begraafplaatsen; thema Ergonomie
• Namen-Luxemburg-Waals-Brabant: Ziekenhuizen; thema Psychosociale risico’s
• Oost-Vlaanderen: Thuisverpleging; thema Veiligheid (arbeidsmiddelen)
• West-Vlaanderen: Fabricage van meubels; thema Gevaarlijke producten (composietmaterialen)

Nationaal

• Bouwsector: Torenkranen, afbraakwerken
• Dienstencheques: Arbeidsmiddelen, bescherming van de gezondheid, ergonomie
• Horeca: Opvolging OiRA

 

Gepubliceerd op 8 januari 2020.